Categorie archief: Verantwoordelijkheid voor Mensenrechten en Internationale Verplichtingen

The Special Jurisdiction for Peace in Colombia: Challenges and Opportunities for Accountability

The Special Jurisdiction for Peace in Colombia (SJP) officially opened its doors on 15 March 2018. The SJP is one of the key accountability mechanisms of the Peace Agreement signed between the Government of Colombia and the Revolutionary Armed Forces of Colombia-Popular Army (FARC-EP) on 24 November 2016. In particular, the SJP is the judicial component of the Comprehensive System for Truth, Justice, Reparation and Non-Repetition, and is designed to investigate and prosecute serious violations of human rights and international humanitarian law committed during the Colombian armed conflict. To date 38 judges have been selected to sit at the SJP, 20 of the them are women. Additionally, 14 foreign judges will serve as observers. According to the Legislative Act 01 of 2017, the SJP consists of an Investigation and Indictment Unit, three Trial Chambers, and a Tribunal for Peace, which will have an Appeal’s Division serving as final instance. This article analyses some of the main features of the SJP as well as other complementary mechanisms in the quest for accountability. Lees verder

Klimaataansprakelijkheid 2.0 – Een vergelijking tussen de klimaatzaak tegen de Staat en de klimaatzaak tegen Shell

In een brief aan de directie van Shell, heeft Milieudefensie het oliebedrijf aansprakelijk gesteld voor het mede veroorzaken van gevaarlijke klimaatverandering. Als Shell niet akkoord gaat met de voorgestelde klimaatmaatregelen, stapt Milieudefensie naar de rechter. Mocht het aankomen op een rechtszaak, dan is het voor het eerst dat een belangenorganisatie probeert het klimaatbeleid van een onderneming te veranderen met behulp van een rechterlijk gebod. Eerder, in de welbekende klimaatrechtszaak van stichting Urgenda tegen de Nederlandse Staat, werd de gebodsactie al succesvol ingezet om verdergaande klimaatmaatregelen af te dwingen bij de overheid. Klimaataansprakelijkheid van ondernemingen is een andere tak van sport dan klimaataansprakelijkheid van overheden, maar er zijn ook interessante parallellen. Deze blog staat stil bij de belangrijkste overeenkomsten en verschillen tussen het Urgenda-proces en de klimaatzaak tegen Shell. Daarnaast schetst deze bijdrage in vogelvlucht het juridisch kader van klimaataansprakelijkheid. Lees verder

Het Stichtse Vecht-arrest: duidelijkheid over immuniteit?

Op 29 januari jl. verscheen een blog naar aanleiding van de voordracht tot cassatie in het belang der wet van het vonnis in de zaak Stichtse Vecht door A-G Machielse. Hij betoogde dat de rechtbank de officier van justitie ten onrechte ontvankelijk heeft verklaard in de strafvervolging van de gemeente. Er zou hier namelijk sprake zijn van een exclusieve bestuurstaak in de zin van het Pikmeer II-arrest, en dus van strafrechtelijke immuniteit van de gemeente. In het hiervoor genoemde blog is uiteengezet dat het criterium van de exclusieve bestuurstaak ruimte laat voor uiteenlopende interpretaties. Daarnaast is verdedigd dat het kwestieus is of de uitsluiting van de vervolgbaarheid van de overheid in een zaak als deze wel houdbaar is. Inmiddels heeft de Hoge Raad uitspraak gedaan en het vonnis deels vernietigd. Geeft het arrest van de Hoge Raad meer duidelijkheid over het exclusieve bestuurstaak-criterium? En hoe kunnen de overwegingen over dit criterium vanuit EVRM-optiek worden beoordeeld? 

Door Eelke Sikkema en Ellen Gijselaar Lees verder

Domestic criminal accountability for Dutch corporations profiting from North Korean forced labour

I was recently invited as a legal expert to reflect on the potential for accountability of Dutch corporations profiting from the labour exploitation of North Korean workers abroad. Already in 2016, a team led by Remco Breuker, professor of Korean Studies at Leiden University, had issued a report detailing the appalling (forced) labour conditions in which North Koreans work in Europe. This happens in particular in Poland where they are forced to work on shipyards and have to hand most of their wages to the North Korean government. Apparently, North Korea ‘trafficks’ these workers to Poland for self-enrichment purposes. In the wake of this report, investigative work sponsored by the Why? Foundation exposed how various corporations and governments are complicit in these abuses (this work resulted in a documentary, Dollar Heroes, more information can be found here). On that basis, Breuker’s research team produced a follow-up report, released on 6 February 2018, which highlighted the involvement of Dutch corporations, notably as buyers of ships made by North Koreans in Poland. In this post, I explain on what grounds these corporations could be held to account under Dutch criminal law, and in particular how Dutch jurisdiction could be established over them. Lees verder

Strafvervolging gemeente Stichtse Vecht: laatste woord hierover nog niet gezegd

Op 31 oktober 2017 deed A-G Machielse een voordracht tot cassatie in het belang der wet van het vonnis in de zaak Stichtse Vecht. In deze zaak ging het om een nalaten van de gemeente om een weg te onderhouden en om de nodige verkeersmaatregelen te nemen. Daardoor was sprake van een gevaarlijke wegsituatie die heeft geleid tot een ongeval waarbij een motorrijdster en haar duopassagier de dood vonden. De strafvervolging leidde weliswaar tot een veroordeling in verband met het nalaten de nodige verkeersmaatregelen te nemen, maar daarna is er cassatie in het belang der wet ingesteld. In zijn conclusie betoogt A-G Machielse dat de tenlastegelegde feiten naar hun aard, en gelet op het wettelijk systeem, rechtens enkel door gemeentelijke functionarissen kunnen worden verricht. Vervolging van individuele ambtenaren behoorde, gelet op de ‘collectieve aard van de fout’, niet tot de mogelijkheden. Wanneer de zienswijze van Machielse wordt gevolgd, heeft dit tot gevolg dat de officier van justitie niet ontvankelijk had moeten worden verklaard. In de literatuur is echter betoogd dat met een Straatburgse bril een dergelijke uitkomst niet aanvaardbaar is (zie bijvoorbeeld Alkema NJ 2005/210, Barkhuysen & Van Emmerik 2005, p. 88; Van den Munckhoff 2008, p. 577; Rijnhout, Sikkema & De Zanger 2014, p. 20). In deze blog wordt nagegaan of dat daadwerkelijk het geval is, en zo ja, waar een mogelijke oplossing van het probleem ligt. Lees verder

Shared obligations and shared responsibility in international law

On 2 November 2017, Natasa Nedeski successfully defended her PhD on ‘shared obligations in international law’ at the University of Amsterdam (UvA). I had the honour of being a member of the reading committee. Nedeski happens to be a former bachelor student of us at Utrecht University (UU). She also pursued an LL.M. in Public International Law at UU, and was a junior lecturer at UU. She subsequently joined Prof. André Nollkaemper’s project on shared responsibility, of which this thesis on shared obligations is one of the outcomes.  In this post, I describe and commend the main findings of Nedeski’s thesis. Lees verder

Diplomatieke immuniteit voor uitbuiting van huispersoneel?

De uitbuiting van huishoudelijk personeel door diplomaten is een oud zeer, ook in Nederland. De Volkskrant schreef vorig jaar dat bij het ministerie van Buitenlandse Zaken de afgelopen vijf jaar 26 particuliere bedienden van diplomaten geaccrediteerd in Nederland melding hadden gemaakt van uitbuiting. Het ging daarbij om onderbetaling, slechte arbeidsomstandigheden en ongewenste omgangsvormen. Tot nu toe ging men ervan uit dat die diplomaten op basis van het internationaal recht immuniteit genieten. Dat wil zeggen dat ze niet voor de nationale rechter kunnen worden gedaagd van de staat waar ze geaccrediteerd zijn. Deze immuniteit – die de facto vaak op straffeloosheid neerkomt – werkt misbruik in de hand. Lees verder

Armed Non-State Actors and International Human Rights Law: An Analysis of the UN Security Council and UN General Assembly

In June 2017, the Harvard Law School Program on International Law and Armed Conflicts published a briefing on ‘Armed Non-State Actors and International Human Rights Law: An Analysis of the UN Security Council and UN General Assembly’. In this blog post, I demonstrate why the briefing – and the data collected in the annexes – is an important addition to knowledge in this area that will facilitate important discussion of this issue amongst policy makers. In order to start this discussion, I highlight a few particular aspects of the report that I find most interesting and valuable. In doing so, I explain inter alia why I disagree with the authors’ conclusion that no pattern is discernible in how the United Nations Security Council and General Assembly address armed non State actors. I end the post by giving some suggestions about how the data collected by the study may provide rich potential for even further analysis.  Lees verder

Te heet onder de voeten: Trump en het klimaatakkoord

Het zijn barre tijden voor iedereen die gelooft in multilaterale oplossingen voor transnationale problemen. Vooral de verkiezing van Donald Trump, en de serie maatregelen die in de eerste paar maanden van zijn presidentschap uit het Witte Huis zijn komen rollen, hebben het vertrouwen in multilaterale samenwerking flink onder druk gezet. Na politiek-militaire samenwerking op de helling te zetten via een schoffering van NAVO-bondgenoten was het nu de beurt aan internationale klimaatsamenwerking: Trump heeft aangekondigd het klimaatakkoord van Parijs, nog zwaarbevochten door zijn voorganger Barack Obama, op te zeggen. Kan Trump echter zomaar onder een akkoord uit dat onder Obama gesloten en geratificeerd werd? Dit blog poogt hier enige antwoorden op te geven.
Lees verder

Ingehaald door de geschiedenis… Tijdloze vragen voor de toekomst: historisch onrecht

Eens in de zoveel tijd wordt de rechtswetenschap – en vaak kort daarna de rechtspraktijk getroffen door de plotsklapse aandacht voor een voorheen onderbelicht thema en blijkt er opeens een ‘trending topic’ te zijn opgestaan. De zogenoemde ‘omkeringsregel’ was er zo een, net als de klachtplicht, en recenter de juridische problemen rondom zelfrijdende auto’s. Zo’n fenomeen meen ik ook te ontwaren – hoewel het wat voorzichtiger aan de poorten rammelt – waar het gaat om ‘historisch onrecht’. Ik doel dan op die gevallen waarin nu, vele jaren na dato, langs juridische weg gezocht wordt naar erkenning en genoegdoening voor leed dat in het verleden is toegebracht aan (groepen) mensen hier of elders. Lees verder